top of page
  • Foto van schrijverRedactie

Het Natuurmuseum van Klaas Nanninga




“Het is per ongeluk mijn levenswerk geworden”


“Een stad als Groningen hoort toch een natuurmuseum te hebben?” Klaas Nanninga (67) voelt het bijna als een roeping. Sinds het verdwijnen van het Natuurhistorisch Museum in de stad vult hij die leemte. Achter de witte gevel van zijn huis aan de Korreweg stelt hij zijn privécollectie naturalia ten toon en leidt bezoekers persoonlijk rond.

Door Lotte Veltman


“Er gaat veel aandacht uit naar natuurbescherming. Dat is ook heel goed. Maar dit is een andere tak van natuurbeleving. Je ziet hier opgezette dieren. Dat heeft een aura van stoffigheid of oubolligheid, maar dat is het helemáál niet. Verdiep je maar eens in al het moois dat in deze schatkamer te zien is. Dat wil ik heel graag aan mensen tonen.”


Verhalenkast

Als jongetje ging hij eieren zoeken in het veld en schelpen verzamelen op het strand. Later, als biologieleraar, wilde hij de natuur aanschouwelijk maken voor zijn leerlingen en begon het verzamelen van naturalia pas echt.

“Vroeger had je van die grote schoolplaten met dieren in het lokaal hangen. Aan de hand daarvan vertelde de docent over het landschap en de daarin voorkomende dieren. Kijk, deze vitrine heb ik net zo ingericht als zo'n schoolplaat. Het is een soort verhalenkast. Dit zou het Fochteloërveen kunnen zijn. En deze vitrine laat de natuur van de Alpen zien: een alpenkraai, een alpenmarmot, maar ook de lammergier. Vroeger dacht men dat hij lammetjes doodde, maar dat is niet zo. Hij leeft van de botten die andere dieren achterlaten, het is de vuilnisman van de natuur.”


Verzameling

Inmiddels is zijn natuurhistorische verzameling gegroeid tot zo'n 15.000 exemplaren uit alle windstreken.

Vogels, schelpen, insecten, zoogdieren, vissen, koralen en zeesterren vullen zes kamers vol, van vloer tot plafond. De bezoeker verliest zich bijna in de keurig geordende overvloed.

Vroeger struinde hij rommelmarkten en antiekzaakjes af. Tegenwoordig vindt Klaas zijn naturalia in de hele wereld via internet en veilingen. Soms krijgt hij iets aangeboden uit de buurt, zoals onlangs een wespennest. “Prachtig, maar ontzettend fragiel. Ik ben nu bezig met het nest te verstevigen en te conserveren.”

De meeste vitrinekasten en tekstbordjes maakt hij zelf, in 19e -eeuwse stijl. “Dat was echt de tijd van de particuliere verzamelaars. Veel musea zijn voortgekomen uit dergelijke verzamelingen en in zekere zin sta ik ook in die traditie.”


Knekelkast en zeedraak

Een handjevol glanzende ronde 'steentjes' die eruitzien als starende ogen. “Dat zijn dekseltjes van slakkenhuizen, om aanvallers af te schrikken.” Een knekelkast met skeletten van een struisvogel en een kat. De enorme larve van de herculeskever. Een lancetvisje, een van de oudste gewervelde soorten. De haringkoning, een meterslange vis met een grote rode kam. “Je kunt je voorstellen dat hier de oude verhalen over zeedraken vandaan komen.”


Natuur als kunstwerk

Klaas verwondert zich nog dagelijks over de schoonheid van de natuur.

Hij loopt naar een kast met schelpen en wijst een klein smaragdgroen exemplaar aan uit het verre oosten. “Bekijk zo'n schelp eens als kunstwerk. Hoe is het mogelijk qua kleur en vorm. Als deze was gemaakt door een keramist, had je gezegd 'o, wat mooi, wat knap gedaan'. Maar deze schelp is gemaakt door een slak en heeft voor mij dezelfde kunstzinnige en emotionele waarde.”


Levenswerk

Met verve deelt Klaas zijn kennis van de natuur en er is zoveel te zien dat bezoekers vaak meerdere keren terugkomen.

“Mijn interesse in de natuur begon toen ik klein was en is alleen maar sterker geworden: Het natuurmuseum is per ongeluk mijn levenswerk geworden. “

Bezoekers zijn welkom op afspraak via www.rijknatuurmuseum.nl

bottom of page